“Wat is er mam?” vraagt mijn zoon Tieme (7). Ik sta buiten en heb net de bevrijdingsvlag opgehangen. Er rolt een traan over mijn wangen. “Ik ben zo blij dat we vrij zijn mannetje”. Ik krijg een knuffel en hij rent terug naar zijn game.
Mijn lichaam trilt nog na. De afgelopen drie avonden heb ik met mijn man de miniserie “Unsere Mütter, unsere Väter” gekeken. Een driedelige Duitse televisieserie uit 2013 over de Tweede Wereldoorlog. Berlijn 1941: vijf vrienden nemen afscheid. Ze beloven elkaar eeuwige vriendschap. Maar geen van hen kon vermoeden hoe de oorlog hen zou veranderen. Hun belofte behoort tot een andere wereld…
Vanuit Duits perspectief naar de tweede wereld oorlog kijken is net zo schokkend als vanuit elk ander perspectief. De onmacht, de haat en de zinloosheid van oorlog voeren. Uiteindelijk levert het alleen maar verliezers op.
De film laat pijnlijk zien hoeveel moed je nodig hebt om je te verzetten tegen de heersende macht. Duitse militairen die weerstand boden aan het rücksichtlos vermoorden van mensen, werden als deserteurs gedood. Bij het uiten van je twijfel over de overwinning was je leven niet meer zeker. Dat was een aantasting van het moraal. De mensen moesten blijven geloven in het Duitse rijk en twijfel werd niet geduld. Een Arisch ras was het ideale streven. Het kippenvel staat mij weer op de rug als ik er aan denk. Het idee dat er zo iets bestaat als een übermensch of een untermensch kan er bij mij niet in. Net als dat ik niet geloof dat laag opgeleide mensen minder waard zijn dan hoog opgeleiden. Hoe komen wij als mensen toch bij zulke ideeën?
Opeens drong het tot mij door dat de mensheid geprobeerd heeft een Arisch ras te creëren, maar dat dit mislukt is. De onderstroom, het verzet, de mensen, uit welk land of van welke afkomst dan ook die zich verzet hebben tegen dit idee, hebben gewonnen. En daarmee hebben we allemaal gewonnen en vieren wij vandaag dat we vrij zijn. 75 jaar leven we in vrijheid. Hier in Nederland althans. We zijn vrij om onze mening te uiten, vrij om te geloven wat we willen, vrij van armoede en vrij van angst. En terwijl ik dit schrijf besef ik mij dat dit nog lang niet voor iedereen geldt. Er is nog steeds werk aan de winkel. Mits we het met elkaar eens zijn dat elk mens recht heeft op deze vier principes? Voor mij persoonlijk is dat geen vraag.
We leven in vrijheid met elkaar en we weten dat een ras van gelijksoortige mensen helemaal niet begerenswaardig is. Juist de diversiteit, de ruimte geven en je land zo inrichten dat het leefbaar is voor iedereen is ons grootste goed. Nu snap ik opeens ook waar dat rijke aanbod van opleidingsprogramma’s vandaan komt die mensen leert om vrijuit te spreken en naar elkaar te luisteren. Dat de leiderschapsprogramma’s als paddenstoelen uit de grond schieten die leiders leren om die diversiteit van hun mensen te benutten, ipv autocratische beslissingen te nemen. We hebben ervaren dat uitsluiting niet werkt en zijn met elkaar aan het leren hoe we een inclusieve samenleving bouwen.
Laten we alstublieft samen leren om de dialoog aan te gaan over verschillende meningen en (geloofs) overtuigingen ipv elkaar uit te sluiten. Ook als het heftig wordt en de meningen polariseren, blijf in gesprek! We zijn aan het leren hoe we besluiten kunnen nemen met elkaar waarbij we het welzijn van ieder mens in acht nemen. En niet alleen menselijk welzijn, maar alles wat leeft op deze aarde. Corona laat ons zien dat we allemaal met elkaar verbonden zijn. Hoe wij met elkaar omgaan is van levensbelang.
De afgelopen paar weken dacht ik dat ik geen cruciaal beroep had als teamcoach. Het goede gesprek voeren is een luxe product, maar nu weet ik het weer. Ik ben een vrijheidsstrijder. Een kleintje wellicht, maar wel één die het meent. Ik wil voorkomen dat we ooit nog een keer zoiets gruwelijks moeten doormaken met elkaar. Of positief geformuleerd : ik wil dat we als mensen leren van de fouten die we gemaakt hebben en er ons voordeel mee doen. Anders is het voor niets geweest.
In mijn teambegeleidingen vraag ik altijd actief “wie het oneens is met de heersende mening?” Wie heeft er nog een heel ander idee? Op zo’n dag als vandaag besef ik mij extra dat er veel moed voor nodig is om je uit te spreken. De angst dat deze afwijkende mening zich tegen je keert en ervoor zorgt dat je wordt uitgesloten zit ook nog diep geworteld in mij. En daarom laat ik mensen nooit alleen staan als ze de moed tonen om zich uit te spreken. Ik verspreid de mening en zoek medestanders. Zo bouwen we stap voor stap aan vertrouwen.
Voor mij is het zo vanzelfsprekend dat je op zoek gaat naar verschillende invalshoeken voordat je een besluit neemt, dat ik even vergeten was dat we nog jong zijn in deze leer. En dat terwijl we voor een grote en uitdagende taak staan. Namelijk de juiste keuzes maken met elkaar, die goed zijn voor people, planet and profit.
In deze complexe tijd, waarin alles door het Covid-19 virus op zijn kop staat, zijn deze juiste keuzes cruciaal. Als je het even uitvergroot, gaan ze over leven of dood. Of in bedrijfstermen over bestaansrecht. Wat doen we? Gaan we op zoek naar de veroorzaker van dit virus? Of slaan we de handen in een en zoeken we met elkaar oplossingen?
Ik weet lang niet altijd wat de juiste keuze is, maar wel hoe je tot die keuze komt. Ook weet ik dat een zondebok zoeken niets oplost. Daar krijg je alleen maar verliezers van.
Ik ben geen regeringsleider of goeroe, maar op teamniveau of bij kleine ondernemers kan ik leiders goed terzijde staan in deze groei.
Ik stel graag mijn kennis en ervaring ter beschikking aan iedereen die zich moedig genoeg voelt om de geschiedenis zich niet te laten herhalen, maar de vrijheid tegemoet lacht en de juiste keuzes wil maken. Laten we zorgen dat iedereen in vrijheid leeft, ook als dat een spannende tocht wordt.
We sluiten niets of niemand uit.